De eerste dag van de vakantie en er gelijk opuit met de cameratas.
In de camera zit een leeg kaartje van 16GB wat voldoende moet zijn voor het verblijf hier op het eiland. Daarnaast gaat er nog wat eten en drinken mee.
De gehele dag staat in het teken van de Paardenmarathon, waar een aantal bekende aan meedoen, waaronder Mark Manje. Die wordt langs alle hindernissen die verspreid over een aantal weilanden liggen gevolgd, toegejuicht, aangemoedigd, met smartphones gefilmd en gefotografeerd. Dat laatste is een beetje mijn rol voor vandaag.
Omdat Mark 1 als startnummer toegewezen heeft gekregen, geeft dit als voordeel dat ook wij steeds als één van de eerste bij de hindernissen aankomen en vooraan een mooie plek kunnen uitzoeken. Dit levert zo’n 15 foto’s per hindernis op. Om mij heen zie ik een aantal spiegelreflexen, maar het overgrote deel neemt plaats als echte toeschouwers. Het weer werkt daar aardig aan mee.
Van hindernis tot hindernis leggen paard en wagen een heel parcours af, vandaar de naam marathon. Eenmaal langs “Start” bij een hindernis gaat de tijd lopen en is het de kunst de gehele combinatie zo snel mogelijk in de juiste volgorde langs/tussen de objecten te begeleiden. Eenmaal langs “Finish” gaat het tempo weer over in stap. Er moeten immers nog heel wat kilometers afgelegd worden.
Mark gaat vloeiend door de hindernissen door. Dat ziet ook een vrouw die half achter mij staat. “Knap hoor”, hoor ik haar tegen d’r dochter zeggen. Ik kijk haar lachend aan. “Ja, helemaal als je weet dat zijn paard aan een oog blind is.” Ze kijkt mij verwonderd aan en is het nadat het doorgedrongen is het helemaal met mij eens. Ik stap tussen het publiek weg, stap op de fiets en volg de rest van het gezelschap naar de volgende hindernis.
Zo herhaalt dit zich aan aantal keer, tot aan de laatste hindernis. Een grote publiekstrekker: de waterbak. Evelien legt mij een beetje uit hoe de koppels in en uit de waterbak rijden. Voor mij is het uitrijden van de waterbak op weg naar de finish het belangrijkste. Er is echter een probleem. Vanwege de veiligheid mag daar aan de overkant geen publiek plaatsnemen. Aan een kant van de finish zie ik wel een bouwkeetje staan voor de jury.
Ik trek mijn stoute schoenen aan en stap op de dame met de microfoon af. “Mag ik daar gaan zitten?” Zij kijkt mij aan en zegt: “Jij niet.” Hmm, dat gaat niet zoals verwacht. Met een vriendelijke glimlach vervolg ik het gesprek en terwijl zij mijn uitrusting (grote zwart-witte lens) heeft bekeken, zegt ze dat ik er als uitzondering op eigen risico plaats mag nemen. Yes! Met een welgemeend dankwoord neem ik plaats en zwaai naar de verbaasde gezichten van het gezelschap. Nadat Mark ook de waterbak vloeiend heeft doorlopen, volgt de rest hem richting de finish van de marathon. Ze gebaren dat zij later nog terug komen. Geen probleem, ik ga hier niet meer weg! Enkelspan, dubbelspan al dan niet in tandem, vierspan, paard, pony, jonge en oudere deelnemers, alles komt door de waterbak en ik leg ze stuk voor stuk vast. Aan mijn overkant zie ik nog een andere zwart-witte lens, komen de twee fotografen van het eiland langs, verschijnt het gezelschap weer tussen het publiek dat inmiddels rijen dik is geworden en moet ik ondertussen steeds dringender naar het toilet.
In totaal zijn er 70 koppels. Als alles volgens schema loopt, zouden ze met tussenpozen van drie minuten aan de waterbak moeten verschijnen, maar dat is theorie. In praktijk is het soms een kwartiertje wachten en dan verschijnen er direct twee koppels op het veld en moet de volgende even wachten voordat het parcours betreden mag worden. Ik kijk hoe laat het is, reken daar 3,5 uur bij op en verwacht dat het niet al te lang meer kan duren. Dat komt mooi uit, want ik zie dat ik niet veel foto’s meer kwijt kan op mijn 16GB kaartje.
Drie kwartier later blijven de koppels komen. Ik maak steeds wat extra ruimte vrij door de onscherpe bestanden direct te verwijderen. Alles komt nu wel vrij vlot achter elkaar, dus dat schiet lekker op, maar ik kijk al om mijn heen of ik ergens snel naar toe kan rennen. Helaas, het is één groot open gebied. Mocht het echt niet meer te houden zijn, moet ik het veld maar vroegtijdig verlaten en de laatste deelnemers missen voor een toiletbezoekje. Ik schiet nog even door. Als er weer een koppel wordt afgekondigd, hoor ik dat er slecht nieuws te vertellen is. Bij het verlaten van dit koppel is er een eind gekomen aan alle deelnemers. Dat is helemaal geen slecht nieuws! Ik leg mijn camera snel in mijn rugtas, rits ‘m dicht en loop opgelucht naar de rest toe. “Ik weet niet wat jullie nu gaan doen, maar ik moet echt heel nodig!” Lachend kijken ze mij begrijpelijk aan, ik ben niet weg geweest, heb iedereen gefotografeerd en het is weer een paar uur geleden. “Als jij alvast naar de verhuur rijd, zien wij jou daar wel. Wij gaan nog even hier napraten.” Prima. Sorry. Veel plezier. Tot straks. Doeiii. Na een fietstocht van vijf minuten kan ik mij opsluiten in het kleinste kamertje.
Aaaaaahhhh