Na de nodige voorbereidingen, waarvan m’n vriendin dacht dat ik nooit zou vertrekken, ging ik dan toch op pad.
Op banden met nieuwe lucht en een zojuist gesmeerde ketting, was het erg prettig trappen. Op het open stuk langs het water had ik wind mee en met een stukje vertrouwen in de fiets trapte ik voor het eerst 43+.
Afgelopen juli ben ik met een voor mijn spieren toch wel hele rare beweging door mijn rug gegaan. Ik was het daar niet mee eens, maar de pijnscheuten bij het bukken vertelde anders. Gelukkig duurde het slechts een goede week, maar de maat voor mij was toen vol: Ik had beweging nodig!
Na wat denkwerk over welke sport op te pakken, kwam de fiets in gedachten. Diverse collega’s doen het, vroeger heb ik jaren alles op de fiets gedaan, op zolder staat een crosstrainer die bij zonnig weer niet gebruikt wordt omdat het dan te warm is en na wat dingen aan Astrid (en collega’s) gevraagd te hebben, ben ik selectief bij de aanwezige fietszaken op zoek gegaan naar een tweedehands (nieuw was te duur) racefiets.
In augustus is er eentje aangeschaft. Ik kon op pad met een nieuwe helm, handschoenen en met de mobiel op het stuur bevestigd voor de navigatie: Via Google Maps op de PC maak ik routes, sla ik op als *.klm en laad ik weer in een app ipbike genaamd. Strava op de achtergrond voor het verdere vastleggen en klaar. Zonder fietskleding heb ik de eerste kilometers het weekend erop afgelegd.
Ja, ik was inderdaad veel sneller op snelheid, mijn rug moest wennen aan de andere houding, maar ik wist dat dit geen miskoop zou gaan worden dus het weekend daarna was het kleding kopen, want het schuurde behoorlijk langs het zadel… Vooral de zeem is belangrijk werd mij verteld en na de eerste broekjes te hebben gepast, waren de verschillen duidelijk voelbaar. Drie uur later had ik eindelijk een broekje en shirt aangeschaft.
Het nadeel van de 180` bocht was dat ik toen de wind tegen had. Gelukkig iets korter, zodat ik al snel de bebouwde kom naderde. Oude dorpskernen vol met klinkers, ondanks het prima weer weinig verkeer, groene omgeving en een fiets die haast niet meer te horen was. Iets wat bijna een probleem opleverde bij het passeren van een iets ouder gezelschap.
Een van de dames stak netjes haar hand naar rechts uit. Ik ging met de bocht mee naar links, dus dat ging goed. Totdat de dame besloot met een wijde bocht haar route te vervolgen. Gelukkig zag het gezelschap de “fout” meteen in en na een schreeuw werd een ruk aan het stuur gegeven en passeerde ik haar zonder aangeraakt te hebben. Weer een les om toch maar die fietsbel aan te raken. Maar de verkeersdeelnemers hadden nog meer grapjes voor mij in petto:
Een andere fietser besloot op een T-splitsing creatief te zijn. Ik kwam van rechts en moest links terwijl hij rechtdoor wilde. Hij ging plotseling aan zijn linker weghelft rijden om op deze wijze elkaar te passeren, maar omdat ik mijn vaart had behouden, zou ik op hetzelfde punt uitkomen. Hij loste het probleem meteen op door een stukje berm mee te pakken… Verderop de route besloot een dikke Volvo de rotonde te verlaten zonder knipperlicht, waardoor deze even in de remmen moest aangezien ik, gekleed in een fel geel jasje, al op de weg voor zijn bumper reed.
Het was even tijd voor een rustiger tempo en een slokje water.
Dit kwam goed uit, want zo voorkwam ik in de verte gesloten spoorbomen tegen te komen. In plaats daarvan was de trein voorbij en kon ik mooi in hetzelfde tempo over het spoor doorfietsen. Op naar het mooie gedeelte van de route. Dacht ik.
Het laatste stukje loopt wat af, erg weinig verkeer, bestaat uit mooi tegen elkaar aan gelegde betonplaten en het is bijna een rechte lijn naar huis. Met volop tegenwind. Dan is die rechte lijn een stuk minder aantrekkelijk opeens.
Al met al was het een lekker ritje. Mijn rug gaat wennen aan de houding, dus ik kan de route langzaam uitbreiden en meer kilometers maken. Maar dan eerst een reserveband en pompje kopen.
Ik heb niet voor niets geen wandelen c.q. hardlopen als sport uitgekozen 🙄